Ik weet niet veel over David Foster Wallace, behalve dat hij atheist was, zelfmoord heeft gepleegd en one hell of a commencement speech heeft geschreven voor de studenten van Kenyon College in 2005. Zoveel wijsheid in 20m. Waanzinnig.
Showing posts with label religie. Show all posts
Showing posts with label religie. Show all posts
Sunday, November 7, 2010
Tuesday, February 2, 2010
Bijzonder onderwijs moet blijven
De discussie over bijzonder, en met name religieus onderwijs, woedt al sinds haar omstreden invoering in het begin van de 20e eeuw. De vergaande secularisering van Nederland lijkt in die discussie nu een kritieke massa te hebben bereikt. Gesteund door een breed gedragen onvrede over de Islam wil deze seculier-liberale meerderheid actief de aanval inzetten op gevestigde vrijheden van religieuze minderheden. Deze negatieve associatie met de Islam straalt ook af op Christenen. Ondanks dat Nederland, haar geschiedenis en cultuur, verweven is met het Christendom lijkt het geduld bij de een groeiende groep seculier-liberalen met hun onverlichte medemens toch echt op. Het is duidelijk geworden dat meer welvaart en kennis niet leidt tot een totale decimering van religie en dat irriteert. Deze ongeduldigen weet zich in de meerderheid en begint te doen wat een meerderheid vaak doet: de publieke sfeer claimen. Hun blik is daarbij zeker niet in de laatste plaats op het onderwijs gericht. Hun doel is het afschaffen van het bijzonder onderwijs en zo verplichte, openbare staatsscholen te stichten. Zij hebben daar twee hoofdredenen voor.
Allereerst is het deze liberalen een doorn in het oog dat religieuzen hun kinderen met hun leer 'indoctrineren'. De redenering is dat kinderen vrij moeten zijn in hun keuze voor een levensbeschouwing en dat met neutraal onderwijs waar alle religies aan bod komt dit bewerkstelligd wordt.
Daarnaast stellen zij dat de scholen segregatie bevorderen, ieder kind blijft in zijn eigen sociale, religieuze omgeving en wederzijdse interactie is minimaal. Ze concluderen dat er voor een geïntegreerde samenleving met veel wederzijds begrip geïntegreerde scholen cruciaal zijn.
Aan het indoctrinatie-argument ligt een misvatting ten grondslag, namelijk dat 'openbaar' ook 'neutraal' of 'objectief' betekent. Opvoeden en onderwijzen doe je vanuit een levensbeschouwelijk perspectief. Dat perspectief bepaalt hoe je naar kinderen kijkt, naar hun onderlinge verhoudingen, naar de stof die ze moeten leren en naar de methode van aanleren. En de kinderen kijken naar de leraar, een goed voorbeeld doet immers goed volgen. Uiteindelijk kun je kinderen alleen dingen leren die je zelf al hebt. Net zoals een wiskundeleraar geen lessen over geschiedenis kan overbrengen en een chaoot geen orde kan onderwijzen, kan een kan een atheïst geen religie aanleren. Een atheïst kan leerlingen wel de feiten een leerstellingen vertellen, maar als hij ze zelf niet beheerst is het een lege les die hooguit achtergrond informatie geeft. Dat is waardevol voor ouders die hun kinderen alleen die informatie willen meegeven, maar waardeloos voor ouders die hun kinderen die religie werkelijk willen onderwijzen en eigen willen maken. Het komt er de facto dus op neer dat een openbare school, door de overdaad aan seculier-liberale leraren, schoolbesturen en ouders, gewoon seculier-liberaal is. Dat is de overtuiging die de meeste betrokkenen delen en die wordt dus overgedragen aan de leerlingen. Wie die overtuiging 'objectief' of 'neutraal' noemt is blind voor de rol van levensbeschouwing in de opvoeding. Illustratief is het dat ik niet zoveel Christenen ken die zelf atheïstisch zijn opgevoed, ik ken wel zat atheïsten die Christelijk zijn opgevoed. Het is dus maar wat je neutraal noemt. Niemand is objectief en geen opvoeding is dus objectief. Ergo, ieder kind wordt 'geïndoctrineerd', het is slechts de vraag hoe ze worden geïndoctrineerd. Die vraag kan alleen door ouders worden beantwoord. Een neutrale overheid hoort die afweging zo neutraal mogelijk te houden voor ouders en dus alle onderwijsstromingen, mits kwalitatief hoogwaardig, evenveel te financieren.
Een tweede misvatting is dat religieus onderwijs gedefinieerd wordt door de godsdienstles. Een religie, net als het seculier-liberalisme (of humanisme), is een levensbeschouwing. Ergo, de beschouwing van economie, aardrijkskunde, taal, wiskunde en geschiedenis wordt bepaald door de levensbeschouwing van de beschouwer. Ook in de les economie wordt de levensbeschouwing overgedragen en gevormd. Wie onderdeel is van de heersende levensbeschouwing realiseert zich nauwelijks hoe belangrijk dit is, want op praktisch elke school worden haar waarden gedeeld. Maar net zoals Agnes Kant haar kinderen niet naar een reformatorische school zou willen sturen willen gereformeerden hun kinderen niet naar een openbare, seculier-liberale school willen sturen.
De cruciale vraag is daarom waarom men de reformatorische kinderen zou willen dwingen om naar een seculier-liberale school te gaan? Waarom moeten reformatorische kinderen tegen de wil van de ouders op school seculier-liberaal geïndoctrineerd worden?
Dan blijft het integratie-argument over. Dit argument is met name bij de linkse (maakbaarheids) partijen populair. Zij willen integratie afdwingen, tegen de zin van de ouders in. Dit is een fundamenteel verschil van inzicht over de vraag of je mensen tegen hun wil in moet verplichten om te integreren. Zeker liberale zoals D66 en VVD moeten huiverig zijn voor dit maakbaarheidsideraal, vrijheid is voor hen belangrijker. Ouders willen niet dat hun kind integreert, laat ze met rust.
Dan is er nog een laatste punt van aandacht. Veel seculier-liberalen vinden zichzelf levensbeschouwelijk superieur (iets wat zij religieuzen vaak verwijten te doen, ironisch genoeg), zijn vinden eigenlijk dat niemand Christelijk, en zeker niet orthodox, zou moeten zijn (zie bijv journalist Joost Niemoller's reactie op DIT topic). SP-kamerlid Karakus liet duidelijk zien dat dit zeker leeft onder atheïsten en, in haar geval, socialisten. Zij stelde in een recent programma over integratie: "95% van de Christelijke scholen is al vrijzinnig, nu de andere 5% nog". Vrijzinnig in deze context betekent feitelijk seculier. Ironisch genoeg stelde zij 5 zinnen daarvoor nog dat de staat en kerk gescheiden moeten blijven. Zij wil juist de staat gebruiken voor haar politieke en, nog erger, haar anti-religieuze agenda. Zij weten dat kinderen kneedbaar zijn en willen hun wegleiden van het geloof door het seculiere onderwijs. Dit is een bewuste poging de religieuze opvoeding te verwateren met grote blootstelling aan seculier-liberale dogma’s. Het moge duidelijk zijn dat een ieder die vrijheid hoog in het vaandel hebben staan dergelijke achterbakse, atheïstische evangelisatie zou moeten verwerpen, zeker over de rug van kinderen.
In een vrije samenleving is het cruciaal dat ouders vrij kunnen zijn om te kiezen hoe ze hun kinderen willen opvoeden, met welke normen en waarden. De overheid moet neutraal blijven en zich beperken tot inmenging in de kwaliteit van onderwijs. Een cruciaal onderdeel van dat neutraal zijn is het gelijk financieren van openbaar en bijzonder onderwijs. Islamitisch onderwijs moet dus ook een plek hebben in Nederland als de ouders daar om vragen, maar er mag nooit een concessie gedaan worden op het gebied van kwaliteit. Nederland moet vrij blijven, ook voor ouders en kinderen die niet tot de seculier-liberale meerderheid behoren.
Allereerst is het deze liberalen een doorn in het oog dat religieuzen hun kinderen met hun leer 'indoctrineren'. De redenering is dat kinderen vrij moeten zijn in hun keuze voor een levensbeschouwing en dat met neutraal onderwijs waar alle religies aan bod komt dit bewerkstelligd wordt.
Daarnaast stellen zij dat de scholen segregatie bevorderen, ieder kind blijft in zijn eigen sociale, religieuze omgeving en wederzijdse interactie is minimaal. Ze concluderen dat er voor een geïntegreerde samenleving met veel wederzijds begrip geïntegreerde scholen cruciaal zijn.
Aan het indoctrinatie-argument ligt een misvatting ten grondslag, namelijk dat 'openbaar' ook 'neutraal' of 'objectief' betekent. Opvoeden en onderwijzen doe je vanuit een levensbeschouwelijk perspectief. Dat perspectief bepaalt hoe je naar kinderen kijkt, naar hun onderlinge verhoudingen, naar de stof die ze moeten leren en naar de methode van aanleren. En de kinderen kijken naar de leraar, een goed voorbeeld doet immers goed volgen. Uiteindelijk kun je kinderen alleen dingen leren die je zelf al hebt. Net zoals een wiskundeleraar geen lessen over geschiedenis kan overbrengen en een chaoot geen orde kan onderwijzen, kan een kan een atheïst geen religie aanleren. Een atheïst kan leerlingen wel de feiten een leerstellingen vertellen, maar als hij ze zelf niet beheerst is het een lege les die hooguit achtergrond informatie geeft. Dat is waardevol voor ouders die hun kinderen alleen die informatie willen meegeven, maar waardeloos voor ouders die hun kinderen die religie werkelijk willen onderwijzen en eigen willen maken. Het komt er de facto dus op neer dat een openbare school, door de overdaad aan seculier-liberale leraren, schoolbesturen en ouders, gewoon seculier-liberaal is. Dat is de overtuiging die de meeste betrokkenen delen en die wordt dus overgedragen aan de leerlingen. Wie die overtuiging 'objectief' of 'neutraal' noemt is blind voor de rol van levensbeschouwing in de opvoeding. Illustratief is het dat ik niet zoveel Christenen ken die zelf atheïstisch zijn opgevoed, ik ken wel zat atheïsten die Christelijk zijn opgevoed. Het is dus maar wat je neutraal noemt. Niemand is objectief en geen opvoeding is dus objectief. Ergo, ieder kind wordt 'geïndoctrineerd', het is slechts de vraag hoe ze worden geïndoctrineerd. Die vraag kan alleen door ouders worden beantwoord. Een neutrale overheid hoort die afweging zo neutraal mogelijk te houden voor ouders en dus alle onderwijsstromingen, mits kwalitatief hoogwaardig, evenveel te financieren.
Een tweede misvatting is dat religieus onderwijs gedefinieerd wordt door de godsdienstles. Een religie, net als het seculier-liberalisme (of humanisme), is een levensbeschouwing. Ergo, de beschouwing van economie, aardrijkskunde, taal, wiskunde en geschiedenis wordt bepaald door de levensbeschouwing van de beschouwer. Ook in de les economie wordt de levensbeschouwing overgedragen en gevormd. Wie onderdeel is van de heersende levensbeschouwing realiseert zich nauwelijks hoe belangrijk dit is, want op praktisch elke school worden haar waarden gedeeld. Maar net zoals Agnes Kant haar kinderen niet naar een reformatorische school zou willen sturen willen gereformeerden hun kinderen niet naar een openbare, seculier-liberale school willen sturen.
De cruciale vraag is daarom waarom men de reformatorische kinderen zou willen dwingen om naar een seculier-liberale school te gaan? Waarom moeten reformatorische kinderen tegen de wil van de ouders op school seculier-liberaal geïndoctrineerd worden?
Dan blijft het integratie-argument over. Dit argument is met name bij de linkse (maakbaarheids) partijen populair. Zij willen integratie afdwingen, tegen de zin van de ouders in. Dit is een fundamenteel verschil van inzicht over de vraag of je mensen tegen hun wil in moet verplichten om te integreren. Zeker liberale zoals D66 en VVD moeten huiverig zijn voor dit maakbaarheidsideraal, vrijheid is voor hen belangrijker. Ouders willen niet dat hun kind integreert, laat ze met rust.
Dan is er nog een laatste punt van aandacht. Veel seculier-liberalen vinden zichzelf levensbeschouwelijk superieur (iets wat zij religieuzen vaak verwijten te doen, ironisch genoeg), zijn vinden eigenlijk dat niemand Christelijk, en zeker niet orthodox, zou moeten zijn (zie bijv journalist Joost Niemoller's reactie op DIT topic). SP-kamerlid Karakus liet duidelijk zien dat dit zeker leeft onder atheïsten en, in haar geval, socialisten. Zij stelde in een recent programma over integratie: "95% van de Christelijke scholen is al vrijzinnig, nu de andere 5% nog". Vrijzinnig in deze context betekent feitelijk seculier. Ironisch genoeg stelde zij 5 zinnen daarvoor nog dat de staat en kerk gescheiden moeten blijven. Zij wil juist de staat gebruiken voor haar politieke en, nog erger, haar anti-religieuze agenda. Zij weten dat kinderen kneedbaar zijn en willen hun wegleiden van het geloof door het seculiere onderwijs. Dit is een bewuste poging de religieuze opvoeding te verwateren met grote blootstelling aan seculier-liberale dogma’s. Het moge duidelijk zijn dat een ieder die vrijheid hoog in het vaandel hebben staan dergelijke achterbakse, atheïstische evangelisatie zou moeten verwerpen, zeker over de rug van kinderen.
In een vrije samenleving is het cruciaal dat ouders vrij kunnen zijn om te kiezen hoe ze hun kinderen willen opvoeden, met welke normen en waarden. De overheid moet neutraal blijven en zich beperken tot inmenging in de kwaliteit van onderwijs. Een cruciaal onderdeel van dat neutraal zijn is het gelijk financieren van openbaar en bijzonder onderwijs. Islamitisch onderwijs moet dus ook een plek hebben in Nederland als de ouders daar om vragen, maar er mag nooit een concessie gedaan worden op het gebied van kwaliteit. Nederland moet vrij blijven, ook voor ouders en kinderen die niet tot de seculier-liberale meerderheid behoren.
Labels:
bijzonder onderwijs,
religie,
vrijheid van onderwijs
Wednesday, March 18, 2009
Er is waarschijnlijk geen god
De eerder genoemde slagzin van de atheïstische fundi’s luidt “Er is waarschijnlijk geen god. Durf zelf te denken. En geniet van dit leven!” Ik vind deze slagzin het analyseren waard, ik ben tenslotte in de antiatheïsten stemming.
1. Er is waarschijnlijk geen god.
Opzich is dit een legitieme overtuiging. Men kan wel of niet geloven, die vrijheid moeten we elkaar gunnen. Ik heb echter in Paus Floris I al laten zien dat het woordje “waarschijnlijk” misleidend is. De makers ervan geloven namelijk dat God absoluut niet bestaat en ze willen hun overtuiging graag delen met anderen. Ook hier is niets mis mee, al zijn het vaak diezelfde mensen die zich kritisch uitlaten over evangeliserende Christenen. De vraag is überhaupt waarom atheïsten bekeringsdrang hebben. Christenen willen bekeren omdat ze geloven dat er geloof in Jezus het eeuwig leven geeft en daarnaast het leven op aarde een positieve impuls geeft. De atheïst gelooft niet dat het geloof in God enig verschil uit maakt. Hun motivatie moet ongeveer tweeledig zijn. Het eerste probleem is dat ze vinden dat hun visie superieur is en boven alle rationele twijfel verheven. Geloof in God is zo dom als geloof in Sinterklaas. Het komt vooral voort uit onbegrip. Het tweede, veel grotere, probleem zit hem in het feit dat gelovigen er andere waarden op na houden die botsen met de alles-moet-kunnen ethiek van het seculier-humanisme (waar in Nederland grofweg de meeste atheïsten onder vallen). De redenering is: hoe minder mensen geloven, hoe minder oppositie voor de vrije seks, vrije abortus, vrije... alles! Als alles vrij is is er geen juk meer en worden we pas echt gelukkig. De psychiater/schrijver Theodore Dalrymple maakt korte metten met deze filosofie en stelt dat het ontbreken van grenzen aan het gedrag dit gedrag snel ontaard in barbarisme en doelloosheid. Men kan moeilijk stellen dat iemand die zichzelf slaaf maakt/is van zijn eigen behoefte (als een dier) werkelijk vrij is. Het beheersen van vleselijke behoefte maakt een mens een (fatsoenlijk) mens en geen dier.
2. Durf zelf te denk.
Mensen die in God geloven denken niet zelf. Waar komt dat vooroordeel vandaan? Het is toch evident dat intelligentsia als Pascal, Newton, Augustinus, Bonhoeffer en Kuyper (en meer recent mensen als Cees Dekker, Rene van Woudenberg en Roel Kuiper) voor zichzelf dachten? Ik ben geneigd, door mijn eigen ervaring zelfs het omgekeerde te beweren. Ik ben opgegroeid in een vrijzinnig Christelijke omgeving waarin met een bepaald dedain over orthodoxen (evangelicalen en reformatorici) werd gesproken. Dat waren fanatici, niet OSM (ons soort mensen). Ook op school hing eenzelfde sfeer: een overtuigd geloof in God (dus in “het Licht” of welke zweefteven aanduiding er in vrijzinnige kringen wordt gebruikt) is achterlijk. Evolutie is waar, ethiek is iets voor mensen persoonlijk en daar mag je zeker niet over oordelen (opdat gij niet geoordeeld worden). In onze kerk werd dus ook nooit over ethiek gepraat, de jeugd was ook niet te onderscheiden van niet-christenen. De kerk dacht zo de jeugd binnen te houden, uiteraard had het juist het tegenovergestelde effect want wat heb je nog in een kerk te zoeken als het zich niet onderscheid? Het behoeft weinig verdere toelichting dat ik ben opgegroeid als een gezonde liberale jongen, licht links maar met een voorkeur voor het CDA. Laat dit nou toevallig ook zo gelden voor de ruime meerderheid van de Nederlandse bovengemiddeld intelligente middenklasse. Uiteraard was een geloof in God niet iets waar ik heel serieus mee bezig was en helemaal niet iets waar je openlijk voor uitkomt. Zo ben ik ongemerkt in het seculier-humanisme gegleden, zonder kritisch te denken (dat kun je van een puber ook niet verwachten). Eigenlijk had ik tot op dat moment niet echt voor mezelf gedacht, ik was 18 en had een VWO diploma.
Toen vertrok ik naar de VS, naar een orthodox-gereformeerd college. Dit was nogal een botsing van paradigma’s. Uiteindelijk leidde dat voor mij tot een paradigmawisseling. In feite vielen de schellen van mij ogen. Bij terugkomst in Nederland werd de leugen van de seculier-humanistische (en linkse) meerderheid mij pas duidelijk en de kritiekloosheid waarmee dit paradigma word geaccepteerd. Het volgen van dit paradigma is in mijn ogen dus absoluut niet “voor jezelf denken” maar het slaafs volgen van de meerderheid.
Zowel gelovigen als ongelovigen volgen anderen in hun denken, je hoeft het wiel immers niet 2x uit te vinden. Maar de arrogantie waarmee atheïsten claimen “zelf te denken” (in tegenstelling tot de christelijke schapen die allemaal geïndoctrineerd zijn!) is misplaatst.
3. En geniet van dit leven!
Nog een klassiek misverstand: Christenen genieten niet van dit leven. Ik heb nog nooit een onderzoek gezien waaruit blijkt dat Christenen minder gelukkig zouden zijn. Het is bij dergelijke onderzoeken altijd lastig te bepalen wie als Christenen aangemerkt kunnen worden, want katholieken die met Pasen en Kerst naar de kerk gaan noemen zichzelf ook al snel Christen.
Maar waarom denken seculier-humanisten dat Christenen minder gelukkig zouden zijn? Het antwoord ligt voor de hand: ze moeten zich aan restrictief morele regels houden!
Allereerst is het woordje moeten op Christenen niet van toepassing. Gods leer volgen doe je vanuit je relatie met God, niet omdat je gedwongen word (al kan dit in geperverteerde religieuze gemeenschappen natuurlijk wel zo zijn).
Verder is het leven volgens een restrictieve moraal een groot goed, het onderscheid ons van dieren. Het bepaalt ons fatsoen. Een leven in dienst van onze geneugten is een banaal leven. Met name op het gebied van seks is er medelijden. Echter, mannen die dagelijks naar porno kijken kunnen onmogelijk geprezen worden voor hun uniek vertoon van gebrek aan morele restricties. Nee, ze worden (terecht) gezien als sneue verslaafden van hun eigen vlees. Niemand kan toch serieus menen dat iemand gelukkiger word van losse seksuele relaties dan van een waardevolle, monogame relatie. Overigens blijkt uit onderzoek dat Christelijke vrouwen in de VS meer tevreden over hun seksleven zijn dan niet-Christenen. Ironisch, niewaar?
Het schrijnendste van de slagzin is dat het blijk geeft van een grof gebrek aan begrip van de gelovige medemens. Dat zet de onderlinge verhouding meteen onder spanning en brengt ze langdurig in gevaar. De roep om totalitaire restricties op religie is dan ook een weinig verrassend resultaat.
1. Er is waarschijnlijk geen god.
Opzich is dit een legitieme overtuiging. Men kan wel of niet geloven, die vrijheid moeten we elkaar gunnen. Ik heb echter in Paus Floris I al laten zien dat het woordje “waarschijnlijk” misleidend is. De makers ervan geloven namelijk dat God absoluut niet bestaat en ze willen hun overtuiging graag delen met anderen. Ook hier is niets mis mee, al zijn het vaak diezelfde mensen die zich kritisch uitlaten over evangeliserende Christenen. De vraag is überhaupt waarom atheïsten bekeringsdrang hebben. Christenen willen bekeren omdat ze geloven dat er geloof in Jezus het eeuwig leven geeft en daarnaast het leven op aarde een positieve impuls geeft. De atheïst gelooft niet dat het geloof in God enig verschil uit maakt. Hun motivatie moet ongeveer tweeledig zijn. Het eerste probleem is dat ze vinden dat hun visie superieur is en boven alle rationele twijfel verheven. Geloof in God is zo dom als geloof in Sinterklaas. Het komt vooral voort uit onbegrip. Het tweede, veel grotere, probleem zit hem in het feit dat gelovigen er andere waarden op na houden die botsen met de alles-moet-kunnen ethiek van het seculier-humanisme (waar in Nederland grofweg de meeste atheïsten onder vallen). De redenering is: hoe minder mensen geloven, hoe minder oppositie voor de vrije seks, vrije abortus, vrije... alles! Als alles vrij is is er geen juk meer en worden we pas echt gelukkig. De psychiater/schrijver Theodore Dalrymple maakt korte metten met deze filosofie en stelt dat het ontbreken van grenzen aan het gedrag dit gedrag snel ontaard in barbarisme en doelloosheid. Men kan moeilijk stellen dat iemand die zichzelf slaaf maakt/is van zijn eigen behoefte (als een dier) werkelijk vrij is. Het beheersen van vleselijke behoefte maakt een mens een (fatsoenlijk) mens en geen dier.
2. Durf zelf te denk.
Mensen die in God geloven denken niet zelf. Waar komt dat vooroordeel vandaan? Het is toch evident dat intelligentsia als Pascal, Newton, Augustinus, Bonhoeffer en Kuyper (en meer recent mensen als Cees Dekker, Rene van Woudenberg en Roel Kuiper) voor zichzelf dachten? Ik ben geneigd, door mijn eigen ervaring zelfs het omgekeerde te beweren. Ik ben opgegroeid in een vrijzinnig Christelijke omgeving waarin met een bepaald dedain over orthodoxen (evangelicalen en reformatorici) werd gesproken. Dat waren fanatici, niet OSM (ons soort mensen). Ook op school hing eenzelfde sfeer: een overtuigd geloof in God (dus in “het Licht” of welke zweefteven aanduiding er in vrijzinnige kringen wordt gebruikt) is achterlijk. Evolutie is waar, ethiek is iets voor mensen persoonlijk en daar mag je zeker niet over oordelen (opdat gij niet geoordeeld worden). In onze kerk werd dus ook nooit over ethiek gepraat, de jeugd was ook niet te onderscheiden van niet-christenen. De kerk dacht zo de jeugd binnen te houden, uiteraard had het juist het tegenovergestelde effect want wat heb je nog in een kerk te zoeken als het zich niet onderscheid? Het behoeft weinig verdere toelichting dat ik ben opgegroeid als een gezonde liberale jongen, licht links maar met een voorkeur voor het CDA. Laat dit nou toevallig ook zo gelden voor de ruime meerderheid van de Nederlandse bovengemiddeld intelligente middenklasse. Uiteraard was een geloof in God niet iets waar ik heel serieus mee bezig was en helemaal niet iets waar je openlijk voor uitkomt. Zo ben ik ongemerkt in het seculier-humanisme gegleden, zonder kritisch te denken (dat kun je van een puber ook niet verwachten). Eigenlijk had ik tot op dat moment niet echt voor mezelf gedacht, ik was 18 en had een VWO diploma.
Toen vertrok ik naar de VS, naar een orthodox-gereformeerd college. Dit was nogal een botsing van paradigma’s. Uiteindelijk leidde dat voor mij tot een paradigmawisseling. In feite vielen de schellen van mij ogen. Bij terugkomst in Nederland werd de leugen van de seculier-humanistische (en linkse) meerderheid mij pas duidelijk en de kritiekloosheid waarmee dit paradigma word geaccepteerd. Het volgen van dit paradigma is in mijn ogen dus absoluut niet “voor jezelf denken” maar het slaafs volgen van de meerderheid.
Zowel gelovigen als ongelovigen volgen anderen in hun denken, je hoeft het wiel immers niet 2x uit te vinden. Maar de arrogantie waarmee atheïsten claimen “zelf te denken” (in tegenstelling tot de christelijke schapen die allemaal geïndoctrineerd zijn!) is misplaatst.
3. En geniet van dit leven!
Nog een klassiek misverstand: Christenen genieten niet van dit leven. Ik heb nog nooit een onderzoek gezien waaruit blijkt dat Christenen minder gelukkig zouden zijn. Het is bij dergelijke onderzoeken altijd lastig te bepalen wie als Christenen aangemerkt kunnen worden, want katholieken die met Pasen en Kerst naar de kerk gaan noemen zichzelf ook al snel Christen.
Maar waarom denken seculier-humanisten dat Christenen minder gelukkig zouden zijn? Het antwoord ligt voor de hand: ze moeten zich aan restrictief morele regels houden!
Allereerst is het woordje moeten op Christenen niet van toepassing. Gods leer volgen doe je vanuit je relatie met God, niet omdat je gedwongen word (al kan dit in geperverteerde religieuze gemeenschappen natuurlijk wel zo zijn).
Verder is het leven volgens een restrictieve moraal een groot goed, het onderscheid ons van dieren. Het bepaalt ons fatsoen. Een leven in dienst van onze geneugten is een banaal leven. Met name op het gebied van seks is er medelijden. Echter, mannen die dagelijks naar porno kijken kunnen onmogelijk geprezen worden voor hun uniek vertoon van gebrek aan morele restricties. Nee, ze worden (terecht) gezien als sneue verslaafden van hun eigen vlees. Niemand kan toch serieus menen dat iemand gelukkiger word van losse seksuele relaties dan van een waardevolle, monogame relatie. Overigens blijkt uit onderzoek dat Christelijke vrouwen in de VS meer tevreden over hun seksleven zijn dan niet-Christenen. Ironisch, niewaar?
Het schrijnendste van de slagzin is dat het blijk geeft van een grof gebrek aan begrip van de gelovige medemens. Dat zet de onderlinge verhouding meteen onder spanning en brengt ze langdurig in gevaar. De roep om totalitaire restricties op religie is dan ook een weinig verrassend resultaat.
Subscribe to:
Posts (Atom)